Werktijdverkorting onder voorwaarden mogelijk

12 mrt 2020

Wanneer je als reisonderneming aan de voorwaarden voldoet, waardoor de medewerkers tijdelijk niet of minder kunnen worden ingezet, kun je werktijdverkorting en een WW-uitkering voor je personeel aanvragen. De overheid heeft inmiddels vastgesteld dat het corona-virus Covid19 een bijzondere omstandigheid is die in redelijkheid niet tot het normale ondernemersrisico kan worden gerekend, waarbij werktijdverkorting kan worden aangevraagd.

Voorwaarden

Om in aanmerking te kunnen komen voor werktijdverkorting is het noodzakelijk dat gedurende tenminste 2 kalenderweken, maar gedurende maximaal 24 kalenderweken, ten minste 20% van de aan werkgever ter beschikking staande arbeidscapaciteit niet kan of naar verwachting niet zal kunnen worden benut. Als en zodra een vergunning voor werktijdverkorting is verleend moet een werkgever de medewerkers voor wie WVT is aangevraagd ook daadwerkelijk minder laten werken. Na afloop van de vergunning kun je de ww-uitkering aanvragen voor je medewerkers voor de minder gewerkte uren.

Hoe vraag ik werktijdverkorting aan?

Een ontheffing voor werktijdverkorting kan alleen digitaal worden aangevraagd bij het Ministerie van Sociale Zaken, via deze link.

Wat is de volgende stap?

Als je van het Ministerie van Sociale Zaken een vergunning voor werktijdverkorting hebt gekregen meld je je meteen bij het UWV. Na afloop van de vergunning kun je de ww-uitkering aanvragen voor je medewerkers bij het UWV. 

Zelf je medewerkers het reguliere salaris betalen!

Je betaalt zelf je medewerkers hun reguliere salaris. Als werkgever krijg je een (partile) ww-uitkering voor de niet-gewerkte uren. De medewerker 'betaalt mee' door aanspraak te maken op ww-rechten.

De gangbare gedachte van het UWV en het Ministerie van Sociale Zaken is momenteel dat het loon van de werknemer gewoon dient te worden doorbetaald, en de werkgever na de vergunningsperiode een deel van deze loonkosten gecompenseerd kan krijgen. De ANVR heeft laten juridisch advies ingewonnen is op basis daarvan geven zij aan dat de werkgever na het verkrijgen van de vergunning tot werktijdverkorting vrijgesteld is van de loondoorbetalingplicht over dat deel waarop de vergunning tot werktijdverkorting ziet. Dat betekent dat over het gedeelte dat niet gewerkt wordt (waarvoor de vergunning tot werktijdverkorting is verleend) niet mr hoeft te worden betaald dan hetgeen van het UWV als vergoeding wordt verkregen.  

Het niet verrichten van de overeengekomen arbeid is namelijk het gevolg van buitengewone omstandigheden waarvoor een vergunning van het Ministerie van Sociale Zaken is verleend. Let er wel op dat je als werkgever ingevolge deze regeling een administratie moet bijhouden aan de hand waarvan het UWV het aantal niet gewerkte uren per werknemer kan vaststellen. Onze advocaten hechten eraan te melden dat deze mededeling onder voorbehoud wordt gedaan dat hier geen rechten aan kunnen worden ontleend. 

Bespreek het met het UWV

Wij raden je nadrukkelijk aan – als je een vergunning voor werktijdverkorting wilt aanvragen – dit onderwerp bespreekbaar te maken met het UWV.

Bron: ANVR

cta

Niet gevonden wat je zocht?

We helpen je graag verder

Neem contact met ons op en we zorgen voor een passend antwoord op jouw vraag.